Ruyghveen: ‘Ketensamenwerking garandeert kwaliteit’

27 oktober 2016 Ank van Lier

De samenwerking tussen vier varkenshouders, een slager en een vleesverwerker vormt de basis voor het nieuwe Ruyghveen-vleesconcept, dat in mei van dit jaar werd gepresenteerd. Ruyghveen staat voor vlees uit de Peel, met een goede kwaliteit, een volledig transparante keten en een gemiddelde prijsstelling. Zowel slagers als consumenten reageren positief.

De basis voor het Ruyghveen-concept werd enkele jaren geleden gelegd, toen varkenshouder Erik Baeten uit Sevenum en de Panningse slager Funs Rutten toevallig met elkaar aan de praat raakten. Al snel bleek dat de heren met hetzelfde probleem zaten: het feit dat varkensvlees vandaag de dag anoniem wordt geproduceerd stuitte hen beiden tegen de borst. ‘Een varkenshouder krijgt meestal geen terugkoppeling over de kwaliteit en de smaak van zijn vlees, terwijl ik als slager vaak niet weet waar het vlees vandaan komt’, zegt Rutten. ‘En dat terwijl consumenten steeds meer waarde hechten aan de traceerbaarheid en de herkomst van een product. Ik wilde mijn klanten wat dit betreft garanties kunnen bieden.’

Om een lang verhaal kort te maken: Rutten nam contact op met een agrarisch marketeer, die via zijn contacten bij het Varkensgilde Peel en Maas - een samenwerkingsverband van varkenshouders in Peel en Maas - meer varkenshouders wist te enthousiasmeren. ‘Naast Baeten sloten toen nog drie andere varkenshouders zich aan bij onze club: Jan Vissers, Leo van Lier en Mark Tijssen. Daarnaast haakte ook Dennis Tomassen van slachterij Tomassen in Someren aan.’

Wij-gevoel

De betrokkenen - allemaal afkomstig uit de Peel - sloegen de handen ineen in de Stichting Peellandvarken. Vanuit deze stichting werkten zij de afgelopen twee jaar aan de ontwikkeling van een nieuw varkensvleesconcept: Ruyghveen, vlees met Peelkarakter. ‘Het doel van de samenwerking was te komen tot een concept dat garant staat voor herkenbaar en kwalitatief hoogwaardig varkensvlees uit de Peelregio’, vertelt varkenshouder Jan Vissers uit Panningen. ‘We zijn begonnen om elkaar uit te leggen wat we precies doen. Als varkenshouder had ik bijvoorbeeld nauwelijks een idee wat voor inspanningen een slager precies moet leveren om ons vlees te verkopen. Andersom gold hetzelfde. Raar eigenlijk, we werken immers met hetzelfde product.’

Foto-2-300x200

Erik Baeten geeft ook aan dat de partijen elkaars vertrouwen moesten winnen. ‘Omdat we niet precies wisten hoe de ander werkte, waren er behoorlijk wat vooroordelen. Door open met elkaar in gesprek te gaan, ontstond al vrij snel een ‘wij-gevoel’. Pas daarna konden we echt aan de slag. We hebben samen het hele traject, vanaf het moment dat de big op het bedrijf komt totdat een lapje vlees bij de consument op het bord ligt, doorlopen en gekeken wat we konden doen om de kwaliteit te optimaliseren. Aan de hand daarvan gingen we aan de slag en hebben we diverse proefslachtingen gedaan.’

Al snel bleek dat tal van facetten van belang waren bij het optimaliseren van de vleeskwaliteit. ‘We hebben bijvoorbeeld aanpassingen gedaan in het voer - de varkens krijgen nu speciaal ‘Peelvoer’ - en de dieren blijven gemiddeld zo’n veertien dagen langer bij ons op het bedrijf’, zegt Vissers. ‘Ook wordt er extra aandacht besteed aan transport en slacht. Deze maatregelen zorgen ervoor dat het dripverlies beperkt blijft, de kleur beter behouden blijft en de algehele kwaliteit van het varkensvlees beter is.’

Dennis Tomassen voegt toe dat in de slachterij niet geforceerd wordt gekoeld, zoals dat vaak gebeurt in grote slachthuizen. ‘Rustig koelen zorgt voor een betere kleur, houdbaarheid en smaak. Het karkas kan namelijk rustig uitdampen; zo houden we een steviger stuk vlees over.’

Daarnaast draagt ook de intensieve samenwerking in de keten bij aan een betere kwaliteit. Via de slager horen we wat de consument van vandaag wil en daar proberen we zoveel mogelijk op in te springen.’

Rutten geeft aan dat de mannen continu blijven werken aan het optimale Ruyghveen-varken. ‘Kwaliteit is immers een dynamisch proces.’

Eerlijke verdeelsleutel

Het Ruyghveen-concept werd in mei 2016 gepresenteerd, met de heropening van slagerij Rutten. ‘Op dit moment leveren we alleen nog vers vlees’, verklaart Rutten. ‘Slagers kopen bijvoorbeeld een half varken en maken daar hun eigen producten van. Maar we zijn druk bezig met de ontwikkeling van een assortiment verwerkte Ruyghveen-producten. We onderzoeken nu waar de markt behoefte aan heeft en hopen in november onze eerste productenlijn te introduceren. We zijn in gesprek met een vleeswarenproducent uit - hoe kan het ook anders - de Peel. Zo kunnen straks ook slagers en speciaalzaken zonder eigen werkruimte Ruyghveen-producten verkopen.’

Foto-7-300x200 Ruyghveen-vlees is volgens Rutten slechts enkele dubbeltjes duurder dan regulier varkensvlees. ‘In het ontwikkeltraject waren we heel transparant over kosten en opbrengsten’, geeft Baeten aan. ‘Op basis daarvan hebben we een eerlijke verdeelsleutel bepaald; iedereen krijgt de prijs die hij nodig heeft. Door deze verdeelsleutel, en door te voorkomen dat er in de keten veel ‘aan de strijkstok’ blijft hangen, is Ruyghveen concurrerend qua prijs. Dat maakt Ruyghveen uniek: de meeste varkensvleesconcepten zijn immers gepositioneerd in het hogere segment.’

Voor slager Rutten was het erg belangrijk dat Ruyghveen als regulier varkensvlees in de markt kon worden gezet. ‘Ik wilde vooral in mijn standaard assortiment een betere kwaliteit kunnen bieden. Duurdere varkensconcepten zijn er al genoeg, maar die zijn onvoldoende toegankelijk voor de ‘gewone’ consument. Daar kun je als slager niet op focussen.’

Vissers vult aan: ‘We kunnen ons deze kleine meerprijs ook veroorloven, omdat de Ruyghveen-varkens dusdanig van kwaliteit zijn dat er minder vochtverlies is bij het versnijden. Daarbij houdt de consument meer vlees over in de pan: het is niet zo dat een lapje met de helft krimpt.’

Positieve reacties

Nu, ruim vier maanden later, zijn de betrokkenen tevreden over hoe het nieuwe concept is opgepakt door de markt. Inmiddels verkopen zeven slagers in Nederland het Ruyghveen-vlees. ‘Hoewel de hele Ruyghveen-keten zich in de Peel bevindt, kan het vlees door heel Nederland worden verkocht’, zegt Vissers.

Tomassen geeft aan dat veel slagers zich bij hem melden en zeggen belangstelling te hebben om het Ruyghveen-vlees te gaan verkopen. ‘Vooral onze acties op social media hebben duidelijk effect. Dat we hiervoor samenwerken met een professioneel marketing- en communicatiebureau maakt absoluut een verschil.’

  • Foto-3-300x200 Natuurgebied de Peel
  • Ook consumenten reageren enthousiast op het Ruyghveen-vlees, geeft Rutten aan. ‘Ik krijg meer positieve reacties terug dan ik had verwacht. Mensen zijn enthousiast over de kwaliteit van het vlees en vinden het prettig om te weten waar het vlees vandaag komt. Daarbij doet ook het stoere Peelimago van het Ruyghveen-vlees een heleboel: de consument van vandaag wil een product met beleving. Om dit te versterken hangen er bijvoorbeeld posters in de winkel en liggen er flyers. Daarnaast zijn we bezig met het maken van een film, waarbij we ook filmen op de bedrijven van de Ruyghveen-boeren.’

Groeipotentie

Op dit moment zetten de aangesloten varkenshouders ongeveer 10 procent van hun dieren af binnen het Ruyghveen-concept. ‘Er zijn dus nog volop groeimogelijkheden’, geeft Erik Baeten aan.

Funs Rutten haakt hierop in: ‘Het succes van de afgelopen vier maanden toont aan dat Ruyghveen in een behoefte voorziet en potentie heeft. Maar we streven niet naar een bepaalde omzet of bepaalde aantallen. We hopen uiteindelijk wel een vaste waarde te worden in de markt voor varkensvlees.’

De Ruyghveen-mannen benadrukken dat Ruyghveen een product is en moet blijven voor ambachtelijke slagers en speciaalzaken. ‘We bieden slagers een onderscheidend product, dat prijstechnisch interessant is en waar een mooi verhaal aan kleeft’, aldus Vissers. ‘We willen bewust niet in de supermarkt liggen, anders krijgen we binnen no-time hetzelfde naamloze massavarken als voorheen.’

Verrijking

Foto-5-300x200

Hoe Ruyghveen zich ook verder ontwikkelt: de betrokkenen zijn van mening dat het concept nu al een duidelijke meerwaarde heeft. ‘Het proces heeft me in alle opzichten verrijkt’, vertelt Baeten. ‘Eerst gingen onze varkens weg en hoorden we er nooit meer wat van. Je kunt als varkenshouder wel denken dat je een goed product aflevert, maar als de slager - of belangrijker nog, de consument - het niet in orde vindt, heb je daar niks aan. De ketensamenwerking binnen Ruyghveen maakt het mogelijk te luisteren naar wat slagers en consumenten écht willen en daarop in te spelen. Daarin schuilt een belangrijke meerwaarde.’

Slachter Tomassen is het daar mee eens. ‘Ik hoor steeds vaker van mijn klanten, slagers dus, dat de consument wil weten waar een product vandaan komt. Aangezien wij controle hebben over de gehele keten, kunnen wij dat waarmaken. Dat biedt potentie voor de toekomst.’

Altijd op de hoogte blijven?