
Tot nu toe controleerden NVWA-dierenartsen in slachthuizen op letsel aan vleugels en lichaam, dat doorgaans ontstaat bij het vangen van de dieren. Volgens de rechter biedt deze methode echter onvoldoende zekerheid over het moment waarop het letsel is ontstaan, dit zou namelijk ook tijdens transport of in het slachthuis kunnen gebeuren. Daardoor is niet vast te stellen wie verantwoordelijk is voor het dierenleed.
NVWA onderzoekt alternatieven
De NVWA gaat de uitspraak grondig analyseren en kijkt naar nieuwe manieren om het moment van letsel objectief vast te stellen. “Feit blijft dat het letsel ergens tussen de mesterij en de slachtlijn ontstaat”, aldus Lisette de Ruigh, directeur Slachttoezicht bij de NVWA. “We houden ketenpartners daarvoor verantwoordelijk en zullen met hen in gesprek gaan. Tegelijkertijd blijven we het letsel in slachthuizen monitoren en heroverwegen we onze mogelijkheden voor handhaving.”
Door strikte controles en inzet van verschillende ketenpartners is het percentage pluimvee met vang sinds 2017 sterk gedaald: van 27 procent naar iets meer dan 2 procent Toch gaat het nog altijd om miljoenen dieren per jaar die letsel oplopen. “Dat is onacceptabel,” zegt De Ruigh. “We blijven ons inzetten voor verdere verbetering van het dierenwelzijn.”
Bron: NVWA