De toekomst van de vleessector stond centraal tijdens de 7de editie van het COV Meat Café in Den Haag, waar experts en beleidsmakers discussieerden over duurzaamheid, de rol van de overheid en de positie van de sector in de Europese voedselstrategie.
Vertegenwoordigers uit de agri- en foodsector, beleidsmakers, kamerleden en vakpers kwamen 27 november bijeen in het COV Meat Café om verschillende standpunten te bespreken. Dit vanwege de uitdagingen waarmee de vleessector wordt geconfronteerd op het gebied van duurzaamheid, klimaatbeleid en geopolitieke ontwikkelingen.
Thema’s van het debat
Sprekers zoals Arend Jan Boekestijn (UU, BNR), Martijn Rol (Rabobank), Isabel Boerdam (Green Food Lab), André Hoogendijk (BO Akkerbouw) en COV-voorzitter Laurens Hoedemaker gingen in op thema’s als geopolitiek, duurzaamheid, marktwerking en gezondheid. Het debat, geleid door Marianne Zwagerman, richtte zich op de vraag of de overheid ruimte moet geven aan de vleessector of de EU-klimaatdoelen leidend moeten zijn. Ook werd de strategische rol van landbouw voor Nederland en de EU, en de markt waarvoor de vleessector produceert, besproken. COV-voorzitter Laurens Hoedemaker benadrukte: “COV streeft naar een strategische samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven, waarin innovatie, marktwerking en duurzaamheid centraal staan.”
Kiezen Nederlanders met hun smaakpapillen?
Tijdens het debat werd bijvoorbeeld de vleesconsumptie in Nederland besproken aan de hand van het ‘nationale vleesonderzoek’. Debatleider Marianne Zwagerman merkte op: “Volgens onderzoek eet bijna iedere Nederlander vlees, zelfs 70% van de stemmers van de Partij voor de Dieren. Dat vond ik verbijsterend.” COV-voorzitter Laurens Hoedemaker voegde toe: “58% van die vleesetende Partij voor de Dieren-stemmers eet vlees vooral omdat ze het lekker vinden.” Zwagerman concludeerde: “Dus als je Nederlanders vraagt waarom ze vlees eten, zeggen ze niet dat het moet of dat ze bang zijn voor hun gezondheid. Nee, gewoon omdat het lekker is.”
